Publiek vertier

Wat een wild geraas alweer, omdat Ronald Janssen op geen enkele manier afgebeeld wil worden. Wie denkt hij dat hij is? Jahweh?

'Ronald Janssen stelt zijn wetten' – deze krant bleef in vergelijking nog voorzichtig. Bij De Morgen werd dat al: 'Ronald Janssen waant zich almachtig.' Het Laatste Nieuws heeft het over 'de grillen van de beschuldigde', en kopt op een bloedrode achtergrond: 'Nog één keer zijn zin'.

'Manipulatie en aanstellerij', haalde persmagistraat Nico Snelders de schouders op, voor Pol Deltour van de Vlaamse Vereniging van Journalisten hem kon onderbreken: 'Het publiek heeft récht om te weten hoe Ronald Janssen eruitziet! Er is nog zoiets als het recht op informatie.'

Hebt u al boze betogingen gezien, van gebelgde burgers als u en ik, die luidkeels hun récht opeisen om Ronald Janssen te mogen aanschouwen zoals hij er nu uitziet? En als dat echt ons recht is – geldt het dan ook niet tegenover de slachtoffers? Horen we niet even verontwaardigd te zijn omdat zij, in een gezamenlijke brief, vragen om 'a.u.b. afstand te bewaren. Om ons, onze families en verdere betrokkenen geen vragen te willen stellen.' Geen vragen stellen? Er bestaat nog zoiets als het recht op vrije nieuwsgaring! Wanen die slachtoffers zich misschien almachtig?

Het is gevaarlijk om je in andermans situatie te verplaatsen, zeker die van een moordenaar. Maar was ik Ronald Janssen, dan zou ik ondertussen toch ook een zeker wantrouwen hebben ontwikkeld tegenover die journalisten die vandaag hun recht opeisen in naam van het soevereine volk.

Spontaan herinner ik me een groot stuk uit Dag Allemaal van enkele weken geleden, waarin het blad zijn klassieke truc had uitgehaald om warme, begripvolle, 'mij kun je wel vertrouwen hoor'-brieven te sturen naar een bekende moordenaar in de gevangenis, om vervolgens, als die zo dom is om terug te schrijven, diens antwoord triomfantelijk te vertrappelen. ' "Ik heb het zeer moeilijk met de feiten die ik gepleegd heb,, schrijft Janssen in een brief aan onze redactie. Válse spijt, aldus experts.'

Waarop die experts helemaal los gehen. Glad en gepolijst! Niet oprecht! Hyperberekend! Behaagziek! 'Wij legden zijn brief voor aan een grafoloog', kan het niet op, 'die op basis van het handschrift meer kan zeggen over het karakter van de schrijver.' Dat bleek Stefaan Lievens, een all-round media-expert die je voor om het even welke nonsens kan bellen, en die uit de brief afleidt: 'Hij verbergt zichzelf.' Eigenlijk staat daar: 'Ik kan hier geen bal uit opmaken.'

Was ik Ronald Janssen, ik zou me gewéldig bedrogen voelen. Eerst smeken ze je om een interview, en dan wordt je vertrouwen op die manier geschonden? Wie doet er hier eigenlijk aan manipulatie?

Bovendien: als Janssen de verslaggeving gelezen heeft over een van de vele vorige processen van de eeuw, dan weet hij dat je als dader nooit winnen kan. De grondhouding is er sowieso een van afwijzing. Betuig je je spijt, dan is die vals. 'Hij heeft alleen spijt omdat hij gevat is.' Doe je het niet, dan 'krijgt hij geen woord van spijt over zijn lippen.' Kijk je de nabestaanden niet aan, dan 'ontbreekt het hem aan de moed'. Kijk je ze wel aan, dan is dat 'uitdagend'.

Eerlijk gezegd: waarom zou je een pers die zo vijandig tegenover je staat, het plezier gunnen jouw foto te nemen? Zodat Stefaan Lievens, expert in het lezen van voorhoofdsrimpels, kan besluiten dat je, wacht hoor, euh, enigmatisch bent? Typisch voor de kernpsychopaat die hij is!

'Lezers en kijkers hebben dus geen recht op beelden van een man die door zijn daden een publiek persoon is geworden', smaalt een van de boze redactionele commentaren over de kwestie.

Daar zit het verschil in visie, denk ik. Een moord ìs geen publieke daad. Niet op dezelfde manier als zich verkiesbaar stellen, een boek publiceren of een aanslag plegen dat zijn. Een moord is een intens private kwestie, waarbij de aandacht van de buitenwereld als ongewenst, pijnlijk en opdringerig wordt ervaren. Slachtoffers én daders geven dat aan.

In hun ogen primeert een heel ander recht: dat om, in alle rust, en binnen de structuren die daarvoor bestaan, met de feiten en hun gevolgen te leren omgaan.