Rare prioriteiten hebben ze bij Vlaams Belang. Jurgen Verstrepen mag schrijven dat er op fractiedagen naziliederen worden gezongen, dat parlementariërs SS-dolken verzamelen en dat Coveliers zijn VLOTT integraal betaald werd door het VB, als een soort Vichy-partijtje, met Hugo als Pétain. Daar maalt men niet om. Maar pas op als hij schrijft dat Marie-Rose Morel en Frank Vanhecke iets met elkaar gehad hebben! Dàn wordt er klacht ingediend.
Had hij nu nog beweerd dat Vanhecke iets had met Hilde De Lobel. Ik zou ook een schadevergoeding eisen. Maar nu? Daarbij: het is niet dat dit een nieuw gerucht is. Zelfs in deze krant werden de regels op een bepaald moment verder van mekaar gezet, zodat we er beter tussen zouden kunnen lezen. En dan zou Verstrepen het gedaan hebben? Mij mag hij alvast elke week linken aan een vrouw die niet de mijne is. Zolang ik er maar niet mee in affronten val.
Eigenlijk was ik nogal teleurgesteld in hoe er met Verstrepens boek is omgegaan. Dit is het eerste boek van de nummer twee van Lijst Dedecker, een partij waarvan verwacht wordt dat ze op termijn dat enorme verweesde kiezerskorps van het VB kan overnemen. Het eerste boek ook van een man die een van de kernbegrippen van het rechtslibertaire denken belichaamt, de absolute freedom of speech. Je verwacht toch dat dat serieus wordt genomen? Nee: dat Morel boos is, en dat Verstrepen afrekent met het VB, en dan is de kous af. Zelfs over die afrekening wordt jaa-jaa gedaan. Zingen ze naziliederen bij het Belang? Verzamelen ze SS-souvenirs? Geeeeuw. Dat weten we al lang, de kiezers weten het ook en het kan hen niet schelen, en daarbij: het Belang is verleden tijd, waarom er nog over schrijven?
Terwijl je zou kunnen zeggen: dit is, na Geert Van Cleemputs Vlaams geblokkeerd, nog maar het tweede ooggetuigenverslag van een ex-VB'er, en alweer gaat het over intriges, persoonlijke relaties en machtsstrijd. Dat is redelijk boeiend, maar niet boeiend genoeg. Van Cleemput had het dan nog over het gebrek aan Vlaamsnationale bezieling. Bij Verstrepen komt de inhoud gewoon niet aan bod.
Dat is toch jammer? Jurgen Verstrepen heeft een unieke kans gehad. Hij is drie jaar aan boord geweest van een tanker waar bijna niemand toegang toe krijgt, in een periode toen die poogde zijn koers te keren. Vanuit die positie had hij – een journalist, nota bene! – een briljant verhaal kunnen vertellen over een verstarde partij in een veranderende tijd, over strategie en ideologie, mensen en ideeën, politiek en maatschappij; een The West Wing van radicaal rechts in Vlaanderen. En toch lees ik niets dat ik al niet wist uit de kranten. Zonder overdrijven: ik had net hetzelfde boek kunnen schrijven. Béter. En er hadden minder zetfouten in gestaan.
Je zou ook kunnen schrijven: die man heeft van freedom of speech zijn handelsmerk gemaakt. Met zijn talkradio was hij een voorloper van de blog-en-forumcultuur: om het even wie zegt om het even wat over om het even welk onderwerp. Ongefilterd. Dat is een razend interessant cultureel fenomeen. En hier is een man die daar al sinds 1989 mee bezig is, die naar Amerika gereisd is om het te bestuderen, en die nu eindelijk de tijd genomen heeft om er meer dan honderd pagina's over te schrijven. Waar is die gemakkelijke stoel? Dit wordt een cascade aan geestige anekdotes, gekoppeld aan een visie op media, cultuur en maatschappij.
Ja, dag. "Ik was de rebel", "alweer was ik de rebel", "ik vond dat alles gezegd moest worden", "als mensen hun gedacht kunnen ventileren, lucht dat op", "jaja, Verstrepen was de rebel", "amai, ik was nogal eens een rebel" en: "het establishment was daar tegen, dus maakten ze me monddood."
Wat is het nut hiervan? Dit is een boek van honderdtachtig bladzijden. Het duurt wel even voor je dat geschreven hebt. Als je dan toch die moeite neemt, zorg dan toch dat het niet voor niets is geweest! Zeker als het uiten van meningen zo belangrijk voor je is: gééf me dan in godsnaam een mening! Vertel me iets dat ik nog niet weet!
"Veel hoge heren zullen dit niet graag lezen", schreeuwt de flap. Logisch: niemand zal dit graag lezen. Voor een politicus die zich zo graag afzet tegen het establishment, heeft hij dié gewoonte alvast overgenomen: boekjes schrijven zonder noodzaak en zonder inhoud, hopend op vijf minuten mediatijd.
En ik ben dan de gek die dat leest. Omdat ik, tegen beter weten in, zelfs Verstrepen serieus wil blijven nemen.