Nu haat ik het om het feestje te verpesten want dat DS Weekblad is boeiende lectuur, eerlijk waar. Zozéér, dat het de laatste twee weken het enige is wat ik gelezen kreeg, waardoor die doorgaans ook interessante weekendkranten nu naast me op het bureau weekoverspannend liggen te zijn. Ik wil dus benadrukken, voor men weer zegt dat die ombudsman een zeikerd is: ik heb erg goede stukken gelezen in dat Weekblad. Uitstekend dubbelinterview van David Van Reybrouck en Bart De Wever, een paar uitspraken die blijven hangen uit de reportage over Het Goddelijke Monster, het 'beeldverhaal' was twee keer pakkend, en de terugkeer van Bernard Dewulf kan niemand onberoerd laten, allereerst omdat zijn teksten dat niet doen.
Maar het is niet waar dat 'u (vooral) zag dat het goed was.' Zo stond dat op de opiniepagina's: 'U reageerde op ons eerste Weekblad via Twitter, Facebook en De Standaard Online. U zag (vooral) dat het goed was.' Dat klopt niet. Op De Standaard Online waren de reacties overwegend negatief, of op zijn best 50/50. De citaten uit het stuk komen in meerderheid van Twitter, en daar zijn het vaak professionals en collega's die hun bewondering laten blijken.
Voor mij hoeft deze krant zijn lezers niet uit te nodigen om 'uw ongezouten mening' te geven op een publiek forum, voor mij hoeft ze ook geen selectie daaruit te plaatsen, maar als ze het dan toch doet, dan hoort die eerlijk te zijn. Veel lezers vonden nog een bijlage onnodig, ze kregen die berg papier niet verwerkt, ze zagen het verschil niet met de eveneens lange en waardevolle stukken die in de gewone weekendkrant verschijnen, ze wezen erop dat het Magazine ook ooit gestart is als bijlage voor diepgravende journalistiek, er was protest over de cartoons van Eva Mouton, en weekendabonnees waren verontwaardigd omdat het Magazine, dat met de post nu op vrijdag geleverd wordt, uit hun pakket gehaald is.
Je kan niet beweren dat al die opmerkingen onterecht zijn. Om ze dan te overrulen met een 'u vond ons blijkbaar super!'-stuk: nu ja.
Ik zou er niet zo diep op ingaan als ik niet vond dat er de laatste tijd wel erg veel enthousiaste artikels over de eigen producten in De Standaard staan. Dat de positieve CIM-cijfers ('De Standaard sterkste groeier op krantenmarkt', 6 augustus) prominent op pagina 2 komen – tot daar. Maar een hele pagina op de cultuurbladzijden over de nieuwe app ('De Standaard lanceert een nieuwe iPad-editie', 30 augustus)? Niet eens in de vorm van een reportage, maar als wervende mededeling van de hoofdredactie?
Bij de lancering van het Weekblad werden de grote woorden evenmin geschuwd: 'Dit Weekblad vernieuwt het krantenlandschap. We stellen de norm bij van wat een weekendkrant is of kan zijn. We willen en moeten beter zijn dan alle andere media. Pas dan slagen we in ons opzet' (20 augustus). Nou moe.
Je moet daar erg mee opletten, vind ik. Als een ander bedrijf een nieuw initiatief lanceert, dan wordt dat door de redactie van alle kanten tegen het licht gehouden om er een kritisch oordeel over te kunnen vellen. In de krant van gisteren nog lees ik een grappig 'Moment' over het 'Manland' bij Ikea: 'Ocharme, je zal maar man wezen. En domweg juichen om dat testosteron-onderonsje dat speciaal voor jou werd uitgedacht. Niet beseffend dat je niet meer bent dan een winst/verlies-factor in zo'n bedrijfsrapport.'
Ook Ikea vindt dat idee vernieuwend. Misschien wordt er zelfs enthousiast over getwitterd. (Kijk, ik tik het in en het is nog waar ook.) Maar als Ikea dat in de krant wil, dan moet het een advertentie kopen. Omdat het redactionele en het commerciële strikt gescheiden moeten blijven, nietwaar?
Bovendien mis ik een nieuwsanalyse. 'Een dagblad dat een weekblad maakt, zoiets doet het hele krantenlandschap schuiven', lees ik in het woord vooraf van het eerste DS Weekblad. Maar in welke richting het schuift, en wie er dreigt af te vallen, lees ik nergens. Nochtans zijn dat analyses die voor andere sectoren altijd gemaakt worden. Ik had graag gelezen wat het inhoudelijke effect is van de nieuwe spelers op de rest van de markt. Bij bladen als Dag Allemaal en Story hoor ik regelmatig dat zij almaar 'extremer' berichten, omdat de uitdijende kranten als grote slokop hun oude veld van het 'brave BV-interview' overgenomen hebben. Is dat waar? En kunnen de nieuwe weekbladen op bestaande spelers een vergelijkbaar effect hebben?
Zo'n analyse – vergelijkbaar met een politieke analyse over het effect van een populaire partij op de inhoudelijke profilering van andere, en de betekenis daarvan voor de politiek in zijn geheel – zou haar plaats in deze krant gehad hebben.
De hoofdredactie wijst in een reactie op de moeilijkheid om objectief over jezelf te berichten: 'Zelfs als je dat naar je eigen inzicht goed doet, vinden anderen ongetwijfeld dat dat niet zo is.' Beter, stelt ze, om dan transparant aan te geven dat een artikel geschreven werd door de hoofdredactie. 'De context van zo'n aankondiging is voor de lezer perfect duidelijk.' Ze merkt ook op dat het aanprijzen van nieuwe eigen producten bij alle titels ingeburgerd is, ook in de nieuwsuitzendingen van de openbare omroep.
Daar heeft ze gelijk in.
Het is schizofreen, dat begrijp ik zelf maar al te goed, om objectief en kritisch te berichten over een product dat in eigen huis gemaakt wordt. Maar journalisten zijn dat verplicht. Niet alleen aan hun principes, maar ook aan alle partijen, bedrijven, publieke instellingen, BV's, cultuurproducenten, sportlui en gewone burgers, die niet de luxe hebben te kunnen ontsnappen aan het oordeel van de redactie.