De Guldensporenslag van de Europese cultuur

De Standaard, 28 november 2020.

 

De oproer over het Nederlandse Forum voor Democratie is verrassend en niet. Natuurlijk is het niet verrassend dat een rechts-radicale partij, waarvan de leider grossiert in doembeelden over de ondergang van het blanke Europa, nazisympathisanten aantrekt. Net zoals het weinig verrassend is dat een jonge ‘belofte’ van Vlaams Belang bloemen neerlegt op het graf van een SS’er, of dat die partij een jongerenbeweging omarmt die grapjes maakt over de Holocaust.

 

Toch vind ik het opmerkelijk. Allereerst omdat die sympathisanten, aan beide kanten van de Moerdijk, zo jong zijn. Van Dillen en andere stichters van het Vlaams Blok was ook geweten dat ze de Holocaust in twijfel trokken, maar die hadden de bezetting en de bestraffing van de collaboratie zelf mee­gemaakt. Die tijd had hen moreel gevormd­. Zelfs voor de vele incarnaties van de neofascistische VMO, de voor­loper van Schild en Vrienden, kun je zo’n psychologische verklaring (geen excuus) nog bedenken. Maar dit zijn jongeren van wie zelfs de grootouders de oorlog niet bewust beleefd kunnen hebben.

 

De tweede reden is dat zulke partijen ons aldoor komen vertellen dat de blanke Europeanen een geschiedenis delen. Uit die geschiedenis is een gedeelde cultuur voortgekomen, die wordt geschraagd door een gedeeld waarde­kader, en dat zouden we veel trotser moeten uitdragen. Ze verwijten hun tegen­standers dat die de gemeenschapsvormende kracht miskennen die uitgaat van de vereenzelviging met grote­ persoonlijkheden en heroïsche wapenfeiten. Maar als er nu één historisch ijkpunt is dat Europeanen blijven herdenken, precies omdat we er een identiteit uit afleiden, dan is het wel de overwinning op de nazi’s. Europa definieert zichzelf in oppositie tot Hitler en zijn gedachtegoed, en het doet dat met een nimmer eindigende stortvloed aan docu­mentaires, films, romans, studies en minuten stilte. Is het dan niet bizar, als kampioen van die identiteit, dat je net over die cruciale overwinning, de Guldensporenslag van de Europese cultuur­, beslist om een relativerende toon aan te slaan?

 

Verwerkingsproces

Eveneens opmerkelijk is dat het zo weinig uitmaakt. Tom Van Grieken heeft zonder twijfel gelijk als hij denkt dat zijn kiezers de partij niet zullen afstraffen wanneer hij Carrera Neefs een vrijgeleide geeft. Dries Van Langenhove werd ook binnengehaald, nadat hij al in opspraak was gekomen voor het banaliseren van de Shoah, en die werd meteen verkozen. Al die Holocaust-herdenkingen zijn maar waard wat ze waard zijn.

 

Er is een verwerkingsproces gaande onder liberale humanisten, merk ik. Lang leefde het geloof dat radicaal-rechtsen verdwaalde schapen waren, die met de juiste strategie weer bij de kudde konden worden gebracht. ‘Geef het tijd, de jongeren zijn al gewend aan migratie en diversiteit’ – maar dat is niet zo, er komt altijd een nieuwe generatie die er niet aan gewend wil zijn. ‘We moeten beter naar hen luiste­ren, ze willen vooral gehoord worden’ – maar dat is niet zo, ik ken de rechts-radicale kiezer ondertussen beter dan mijn eigen­ moeder. ‘We moeten hen doen inzien­ waarom dat gedachtegoed gevaarlijk is, we moeten hen beter onderwijzen over onze Europese waarden en geschiedenis’ – hé, grappig, dat is precies het argument van de nationalisten zélf. ‘Als ze zien dat hun leiders, eenmaal aan de macht, er niets van bakken, dan zullen ze hen in de steek laten’ – maar ook dat is duidelijk niet het geval­.

 

Trump, alweer

De bijna-herverkiezing van Trump betekende wat dat betreft meer een keerpunt in het denken dan zijn echte verkiezing, vier jaar geleden. Zo’n loepzuiver voorbeeld van de incompetente, autoritaire, corrupte en immorele leider, en toch hebben meer Amerikanen op hem gestemd dan toen. Dan kun je alleen je armen machteloos langs je lichaam laten vallen en erkennen: ‘Jullie zijn fundamenteel anders dan wij.’

 

Het helpt niet dat onze politieke identiteiten, zoals alles, geglobaliseerd zijn. De reden waarom de Amerikaanse verkiezingsstrijd wereldwijd zo emotioneel gevolgd werd, is dat iedereen er de afspiegeling in zag van de strijd tussen nationalisten en humanisten in eigen land. Het is moeilijk om níét de gelijkenissen te zien tussen het wereld- en vijandbeeld van Trump en dat van Vlaams Belang. In theorie is het nationalisme regionaal verankerd, en streeft het naar een harmonieus samenleven tussen alle­ leden van de volksgemeenschap. In zijn rechts-radicale variant evenwel, is het een geglobaliseerde cultuur van mensen die meer gemeen hebben met rechts-radicalen aan de andere kant van de oceaan, dan met hun eigen buren.

 

‘Meevallen’ doet het niet

Het helpt ook niet dat we, binnen die geglobaliseerde politieke ruimte, hebben kunnen zien wat er gebeurt als rechts-radicale partijen de macht krijgen. Vroeger hoorde je weleens dat het best wel zou meevallen, dat er heus geen nieuwe concentratiekampen zouden komen. Die staan er inderdaad niet in Hongarije, Polen, Brazilië of de VS, maar ‘meevallen’ doet het daar ook niet. Politicologen zullen zich nu haasten om te zeggen dat radicaal-rechts zich uitsluitend autoritair en illiberaal gaat gedragen als het alléén de macht uitoefent, in een coalitie maken ze minder kapot. Maar hoopgevend is dat niet, als de twee nationalistische partijen samen­ in Vlaanderen op een zucht staan van de absolute meerderheid.

 

Ja, ik weet het, dit stuk gaat over radi­caal-rechts, en dus alleen over Vlaams Belang. Maar we hebben gezien hoe de N-VA in de regering aan het schuiven ging. En we hebben gezien hoe snel een klassiek-conservatieve partij als de Amerikaanse Republikeinen van aard veranderd is. Bart De Wever mag zich dan vandaag, in de oppositie, herinneren dat een bloemenhulde aan het graf van een SS’er in tegenspraak is met alles waar zijn partij voor staat. Maar als de keuze zich echt aandient, tot welke cultuur zal die partij zich dan bekennen?