Deze column verscheen in De Standaard van 13 oktober 2012. Wat vooraf ging: in een reportage van het VRT-duidingsprogramma Terzake geeft de bekende psychiater Walter Vandereycken toe dat hij met enkele van zijn patiëntes seksuele betrekkingen had aangeknoopt.
Aaah, verwarring! Maken we hier nu ‘het Vangheluwe-moment van de psychiatrie’ mee, en betekent die term dat wat Walter Vandereycken deed even érg is?
Gazet van Antwerpen: ‘Vangheluwe minimaliseerde de feiten met minderjarigen tot “een relatietje zo”. Vandereycken doet dat ook: “Het was steeds met toestemming.”’
Ook Het Laatste Nieuws trok de parallel met de ‘relatie(tje)s’, vond dat het Terzake-interview ‘deed denken aan de tv-biecht van bisschop Roger Vangheluwe’ en kopte: ‘Gerenommeerde prof probeert feiten te minimaliseren.’
Maar deed Vandereycken dat echt? Ik weet dat het bij het format hoort: verachtelijke dader wordt in het nauw gedreven en blijft zelfs dan nog ontkennen en minimaliseren! Maar wat zijn zijn eerste woorden op Terzake? ‘Er zit daar een hele donkere bladzijde, waar ik ook moreel in de knoei mee lig. Ik heb brokstukken gemaakt die ik niet meer kan lijmen. Ik heb fouten begaan.’ Een beetje later, precies over die toestemming, zegt hij: ‘Wat is onderlinge toestemming? Het ging over volwassen mensen maar daar speelt – en da’s natuurlijk een belangrijk probleem in onze situatie – daar speelt natuurlijk ook afhankelijkheid. In welke mate kan iemand ja of nee zeggen?’ En nog wat later: ‘Je kan niet tegelijkertijd een relatie aangaan en therapie. Zelfs geen vriendschapsrelatie, moet zelfs niet seksueel zijn. Een vriend is geen therapeut, en een therapeut is geen vriend.’
‘Minimaliseren’ zou ik dat niet noemen. Het kan, zoals Het Nieuwsblad schrijft, dat deze man ‘slimmer’ is dan Vangheluwe. ‘Vandereycken lijkt zich beter bewust van hoe fout zijn gedrag was, maar is dat ook echt zo?’ Goh ja, dat weet je niet. Het kan ook aan ons, toeschouwers, liggen: ons al op voorhand kwaad maken omdat die dader weer zéker geen berouw zal tonen! – en dan teleurgesteld zijn als dat toch zo is.
Pas op, ik snap dat. Yves Desmet plaatste in De Morgen deze kanttekening: ‘Anale verkrachting van minderjarige kinderen blijft toch iets anders dan een psychiater die de grens tussen empathie met zijn patiënt en misbruik niet langer klaar ziet. En nee, dat is geen vergoelijking of verontschuldiging voor de laatste, alleen de vaststelling dat er tussen de feiten een groot verschil zit, en dat er bijgevolg ook in de graad van morele veroordeling een verschil zou moeten zijn.’ Maar dat kan niet, denk ik. Morele veroordeling komt niet in gradaties. Ze is binair: uit en aan. Natuurlijk zullen mensen verschillen erkennen tussen Vangheluwe, Vandereycken, en aan het héle andere eind van het spectrum, ocharme, Pol Van Den Driessche. Maar enkel als je ze samen oproept, en rationeel vergelijkt. Voor elk apart is de woede dezelfde.
Die richt zich overigens ook telkens op een ‘systeem’ dat de dader heeft laten begaan. Gazet van Antwerpen: ‘Er waren nochtans geruchten over zijn opspelende hormonen, maar niemand deed er iets mee.’ Het Nieuwsblad: ‘Net als in de Kerk lijkt het zwijgen van het systeem de machteloosheid van de slachtoffers alleen maar versterken.’ Het Laatste Nieuws: ‘Iedereen wist het, niemand deed iets.’ De Morgen: ‘Zolang de machtige arts staalhard blijft ontkennen zal ook de eigen peer group hem buiten schot houden. Horen, zien en zwijgplicht.’ Het Belang van Limburg: ‘Ook de directeur van de psychiatrische kliniek in Tienen geeft toe dat hij weet had van geruchten over seksueel misbruik. En ook hij deed er niets mee want er waren geen officiële klachten. Dit te weten, is minstens even schokkend als het misbruik op zich.’
Dat lijkt me een typische post-factum redenering. Stel dat u nu een gerucht opvangt over een gewaardeerde collega. Er is geen hard bewijs. Het zou net zo goed verzonnen kunnen zijn. Hij zelf ontkent. En u hebt de keuze tussen 1. Toch een onderzoek starten, goed wetende dat de slaagkans onzeker is en dat u een groot persoonlijk risico loopt als de aantijgingen onbewezen blijven: verlies van tijd en energie, en een ernstig conflict met de collega. Of 2. Niets doen, wetende dat het persoonlijke risico, mochten de aantijgingen alsnog waar blijken, hoedanook klein is: de verantwoordelijkheid wordt verdeeld over alle zwijgers.
Optie 2 is in zo’n geval de meest economische keuze. Niet erg nobel, maar wel menselijk. U en ik zouden wellicht hetzelfde doen.
Mogelijk doen we het, op dit eigenste moment.