Natuurlijk was ik verontwaardigd toen ik las dat Benno Barnard het spreken belet was. Dat was onbeschoft en dom van die salafisten. Ze hadden een opiniestuk moeten schrijven, hun betoging buiten houden, of simpelweg hun schouders ophalen: als God dan toch oppermachtig is, dan zal een toespraak van Benno Barnard voor de vrijzinnige dienst van de UA Hem wel niet verontrusten, zeker? Wat ze nu gedaan hebben, een man geïntimideerd omwille van zijn mening, is diep verachtelijk.
Maar dan zie ik gebeuren wat er altijd gebeurt: dat mijn eigen verontwaardiging al snel overtroffen wordt door die van mensen die hier een bewijs in zien van een veel bredere, algemene radicalisering, die een gevaar vormt voor ‘onze democratie'. De reacties op het internet spreken wat dat betreft boekdelen. En ik zie de mediamachine zichzelf weer op gang trekken: iedereen belt naar iedereen voor grote stukken en debatten over Sharia4Belgium, een website waar ocharme 84 mensen zich op hebben ingeschreven, en die er blijkbaar in geslaagd is om een aantal daarvan naar Barnard te sturen. En ik lees de reactie van de schrijver zelf, die beweert dat ‘de vrije meningsuiting wordt gesmoord in terreur' en dat dat ‘niet de toekomst, maar het heden van onze steden' is. En ik kijk rond in het heden van mijn stad, en ik vraag me af of ‘terreur' wel het juiste woord is voor wat hier gebeurd is, en ik merk dat mijn verontwaardiging begint te wankelen.
Want eigenlijk: zo uitzonderlijk is het niet, dat een toespraak overschreeuwd wordt door tegenstanders van de spreker. Onlangs kon een debat met Annemie Turtelboom (Open VLD) niet doorgaan, omdat sympathisanten van de sans-papiers het verstoorden. In 2005 kochten leden van Voorpost en het NSV tientallen kaarten van De Stomme van Portici, met de bedoeling die ‘Belgicistische opera' met geroep en getier in het honderd te sturen. Isabelle A, Willem Vermandere, Raymond van het Groenewoud en Clouseau hebben meegemaakt dat hun concerten door boegeroep werden verpest. Aalmoezenier Herman Boon zag zich verplicht te vluchten uit Wezembeek-Oppem, omdat hij ‘psychologisch en fysiek bedreigd werd' toen hij er een Franstalige mis wilde leiden. En eind 2008 werd een debat van het NSV aan de universiteit van Gent verhinderd door extreemlinkse actievoerders, die de nationalisten zelfs een tijdje opsloten in het gebouw.
Allemaal onbeschoft, allemaal dom, allemaal verachtelijk, alleen: ze haalden niet de voorpagina van de krant. Omdat iedereen weet dat het NSV, het KVHV of het AFF te marginaal zijn om er aandacht aan te besteden. Hun radicalisme is folklore, vervelend op zijn best. Niemand gaat ervan uit dat hun politieke ideeën ooit ‘onze democratie' zouden kunnen ondermijnen, of dat ze de vrijheid van meningsuiting in onze steden ‘in terreur zouden smoren'. Waarom zou dat hier dan anders zijn?
Eigenlijk is het nog niet zo dom om het Vlaamsnationale radicalisme, waarvan ik hierboven enkele voorbeelden heb genoemd, te vergelijken met het islami(s)tische radicalisme – of beter: het geheel van de Vlaamse Beweging met het geheel van de islami(s)tische emancipatiebeweging, hoe gefragmenteerd die ook is. Beide zijn ontstaan bij een groep mensen die het gevoel hebben dat hun eigen cultuur niet aanvaard wordt door de dominante cultuur. Beide zijn die eigen cultuur van de weeromstuit gaan benadrukken: ze willen niet opgaan in het Franstalige/seculiere België, ze eisen hun eigen plaats op. Beide zijn gevoelig aan symbolen, beledigingen en kaakslagen; beide reageren fel op provocaties. Beide bestaan uit radicale en meer gematigde stromingen. In beide gevallen – hier wordt de parallel zelfs griezelig – flirten die radicale tendenzen met het nazisme en het fascisme, en bestaat daar een traditie van agressie en fysieke intimidaties. Beide echter ergeren zich er ook aan dat die splintergroepen door tegenstanders gebruikt worden om de hele beweging mee in diskrediet te brengen: net zoals de Franstaligen de collaboratie, de IJzerwake of het NSV blijven gebruiken om het democratische Vlaamsnationalisme verdacht te maken, zo wordt een website als Sharia4Belgium dankbaar ingezet om alle actieve moslims mee te bekladden. Daarom bestaat er bij beide een reflex om incidenten met radicalen verveeld aan de kant te schuiven, en er vooral níét op te reageren; dat speelt toch alleen maar in de kaart van de Maingains of Dewinters van deze wereld. Een verkeerde reflex, zeer zeker, maar wel begrijpelijk.
De vergelijking gaat allicht niet helemaal op. De flaminganten onder u zijn vast al tegenvoorbeelden aan het zoeken. Maar de essentie is: die islamitische (of allochtone, hoe je ze ook wil noemen) actiegroepen gedragen zich als een normale politieke beweging. Ze zijn geen gevaar voor onze democratie; ze zijn een onderdeel ervan. Zelfs de radicale uitlopers. Die ook maar zijn wat ze zijn. Vijftig mensen in een aula maken veel lawaai, maar zijn daarom nog geen massa.